Goede vakanties, slechte vakanties

Door Eric-Wubbo Lameijer

Oud-minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Marja van Bijsterveldt (CDA) stelde 10 jaar geleden voor om scholen toe te staan hun uren te herverdelen zodat ook in de zomervakanties les wordt gegeven. Nu is dat voorstel bijna een decennium geleden gedaan, maar de zomervakantie van toen is nog steeds een feit. Een terugblik in een nieuw jasje: is les in de zomervakantie anno 2021 een goed idee?

De zomervakantie. Voor vele kinderen een symbool van vrijheid en hoop in een onderdrukkend schooljaar. Een oud en eerbiedwaardig instituut. Maar is het einde ervan nabij?

Van Bijsterveldt wilde scholen toestaan ook in de zomervakantie les te geven; iets dat formeel altijd al mocht, maar budgettair onverstandig was omdat schooluren in de zomer niet meetelden in de onderwijstijd. Maar, als experiment wilde de oud-minister een aantal scholen meer ruimte geven om de wensen van moderne gezinnen tegemoet te komen (De Volkskrant 2010). Onze samenleving bevat nu immers weinig boeren die extra handen bij het oogsten nodig hebben, maar wel veel tweeverdieners die in de vakanties alternatieve kinderopvang moeten zien te regelen.

Meningen over kortere zomervakanties lijken nog steeds verdeeld te zijn. Ouders lijken er positief over, onderwijsbonden over het algemeen negatief (behalve dit jaar in verband met het Coronavirus) en we kunnen aannemen dat de scholieren zelf ook niet blij zullen zijn met vakantie verkorting. Maar, wat is nou het effect van vakantieduur op het leren zelf?

De zomervakantie is oorspronkelijk ingesteld om praktische redenen: de kinderen konden dan helpen met de oogst en bovendien hadden scholen vroeger geen airconditioning. Maar daarnaast waren educatoren ook bezorgd om de kindergeest; teveel leren werd als gevaarlijk gezien. In 1871 stelde in de Verenigde Staten (VS) ene Edward Jarvis een rapport op over de relatie tussen opleiding en krankzinnigheid, waarin hij 205 van de 1741 onderzochte gevallen van krankzinnigheid toeschreef aan een overmaat aan leren. Andere onderwijshervormers dachten er net zo over en zorgden ervoor dat de zaterdag schoolvrij werd, de schooldag verkort en de zomervakantie verlengd, in de VS zelfs tot drie maanden. De kindergeest werd beschouwd als een akker, die regelmatig braak moest liggen om te herstellen.

Nu toont modern onderzoek aan dat rust inderdaad nuttig is voor het leren van vaardigheden, maar dat betreft slaap (zie bijvoorbeeld deze pagina). REM-slaap helpt met het leren van vaardigheden, non-REM-slaap met het leren van kennis. Na een goede nacht slapen is het brein weer volledig hersteld van leren en in staat nieuwe kennis op te nemen. Het hebben van vrije dagen, weken of maanden is dus niet nodig. In de VS zijn het bijvoorbeeld allang geen school-hervormers meer die pleiten voor lange vakanties: het zijn politici die een uitbreiding van het schooljaar te duur vinden, samen met de amusementslobby. Een van de wetten die scholen in Viginia verbiedt al in augustus te beginnen staat bekend als de “Kings Dominion Law”, naar een regionaal pretpark.

Maar zomervakantie is educatief gezien niet alleen overbodig, het is ook nadelig. Zelfs de kinderen in de meest geprivilegieerde omgevingen leren in de vakantie minder snel dan op school en kinderen van arme of laagopgeleide ouders verliezen zelfs vaardigheden (Alexander et al. 2001). Daarnaast blijkt regelmatig een beetje leren (‘spaced learning’) in onderzoek effectiever en efficiënter dan meer leren in kortere tijdsperiodes. Een langer schooljaar met kortere schoolweken of schooldagen zou waarschijnlijk dus even effectief of nog effectiever zijn dan ons huidige lessysteem.

Van Bijsterveldt had dus gelijk met haar experiment: als het om het leren van de kinderen gaat, is een kortere vakantie een goed idee. En als leerkrachten ook zeggenschap krijgen over herverdeling van hun lesuren zou het misschien ook voor hen acceptabel worden. Politiek en cultureel is het onwaarschijnlijk dat de zomervakantie snel het loodje zal leggen. Maar mocht dat ooit gebeuren, dan zou het best kunnen dat het alternatief minder erg is dan we denken en bovendien ook een stukje leerzamer.

Verder lezen:
- De referentie naar Jarvis en naar het onderzoek van Alexander naar het effect van zomervakanties op het leren komen uit de bespreking van het zomervakantie-effect in het boek ‘Outliers’ van Malcolm Gladwell.
- Time heeft een uitgebreid artikel over de zomervakantie op Amerikaanse scholen, en de pogingen het effect ervan te verminderen.
- Het zomervakantie-effect wordt ook wel ‘summer slide’ genoemd, maar de officiële wetenschappelijke naam is “summer learning loss”, waar wikipedia een goed overzicht van geeft, inclusief referenties.

___

Deze blog maakt onderdeel uit van de blogreeks ‘Toekomst in het onderwijs’, waarin auteur Eric-Wubbo Lameijer de meest interessante en innovatie ontwikkelingen op het gebied van onderwijs deelt.